Mythen over hypnose

1. De client geeft alle macht over aan de hypnotiseur; de client is volledig onder controle van de hypnotiseur; de client kan worden gedwongen iets tegen haar/zijn wil te zeggen of te doen. 

Alle hypnose is in feit zelfhypnose. De client heeft altijd de regie. de hypnotiseur is er om de ervaring te begeleiden en te structureren, maar alleen voor zover de client het toelaat. Hypnose maakt het voor mensen gemakkelijker om suggesties te ervaren, maar het dwingt hen niet om deze ervaringen te hebben. De client kan naar believen een suggestie weigeren, het tegenovergestelde doen van wat is gesuggereerd, of de hypnotische trance helemaal doorbreken. De client kan niet worden 'gedwongen' om iets te doen dat zijn/haar ethische systeem in gevaar brengt, tenzij hij/zij dat zelf wil. Zelfs de meest ontvankelijke personen kunnen de suggestie van een hypnotiseur weigeren als hij/zij daarvoor kiest. 

 

2. Hypnose is een vorm van slaap. 

Hoewel het woord hypnose is afgeleid van het Griekse 'hypnos', is (slaap) hypnose, in tegenstelling tot slaap, een toestand van de geconcentreerde concentratie. Hoewel er sprake is van verminderde fysieke activiteit, is de client zich bewust en reageert hij en kan hij zich herinneren wat er tijdens en na de ervaring is gebeurd. De elektro-encefalogrammen (EEG) van mensen in een hypnotische trance lijken niet op die van mensen die slapen. 

 

3. Men moet ontspannen zijn om in hypnose te zijn.

 

Omdat hypnose een staat van geconcentreerde aandacht is, kun je nerveus zijn, zelfs erg gespannen en toch gefocust zijn. Lichamelijke ontspanning is geen noodzakelijke voorwaarde om in hypnose te komen of te zijn.

 

4. Slechts een klein percentage (of bepaalde soorten) mensen kunnen worden gehypnotiseerd. 

Mensen varieren wat betreft het in hypnose kunnen gaan. Ongeveer 20% van de mensen kan diep en gemakkelijk worden gehypnotiseerd. Ongeveer 65%, de grote middengroep, kan in een mindere staat worden gehypnotiseerd. Van de overige 15% kunnen sommigen een lichte trancetoestand bereiken. De rest kan helemaal geen trance toestand bereiken. Factoren zoals angst, motivatie, de verstandhouding tussen therapeut en client en een afleidende fysieke omgeving kunnen allemaal ten koste gaan van de hypnotiseerbaarheid. Mensen met een laag IQ en mensen met ernstige cognitieve stoornissen kunnen zich niet goed genoeg concentreren om gehypnotiseerd te worden. Het vermogen om te kunnen worden gehypnotiseerd hangt niet af van geslacht. 

 

5. Je kunt NIET uit hypnose komen.

De trancetoestand kan op elk moment door de patient worden beeindigd. Als de hypnotherapeut de kamer verlaat of stopt met instructies geven, zal de client ofwel zijn ogen openen of ervoor kiezen om in slaap te vallen en wakker te worden na een kort dutje. Af en toe zal een patient weerstand bieden aan de instructies om uit hypnose te koen. Meestal gebeurt dit omdat de trancetoestand zo aangenaam is dat de patient nog een tijdje in deze aangename toestand wil blijven. Verdere instructies zullen de patient helpen uit de hypnose te komen.

 

6. Hypnose is een 'waarheid'-serum.

Hoewel hypnose de persoon toegang geeft tot herinneringen, vaak onbewuste herinneringen, met veel aandacht voor detail, kan de client, altijd bewust en in controle, censureren wat aan de hypnotherapeut wordt onthuld. Desgewenst kan de proefpersoon informatie achterhouden of zelfs liegen. Het is ook belangrijk om te erkennen dat herinneringen worden opgeslagen op basis van perceptie en emotie en daardoor kunnen zijn vervormd. Hoewel de patient het gevoel heeft dat hij een gebeurtenis nauwkeurig vanuit een herinnering verteld, hoeft dit niet helemaal onnauwkeurig te zijn.

 

7. Hypnose is een therapie.

Hypnose is geen therapie op zich. Hypnose is eerder een therapeutisch hulpmiddel dat zou moeten worden gebruikt in combinatie met andere modaliteiten om zelfbewustzijn, autonomie en welzijn te bevorderen. Hoewel de resultaten van hypnose verbazingwekkend kunnen zijn, zijn 'genezingen' geenszins gegarandeerd, en zijn ze over het algemeen ook niet onmiddelijk.

 

8. Hypnose is schadelijk.

"Door zijn vermogen om het gevoel van zelfcontrole van mensen en dus hun zelfvertrouwen te vergroten, kan hypnose een krachtig middel zijn om emotionele problemen op te lossen en het emotionele welzijn te verbeteren. Het is essentieel dat de hypnotherapeut over voldoende kennis en vaardigheid beschikt om het voor dat doel te gebruiken, want het is duidelijk dat iets dat in staat is om te helpen, het vermogen heeft om pijn te doen. 

In termen van potentiele emotionele schade, is het niet de hypnose zelf die de schade kan veroorzaken; er kunnen problemen ontstaan vanwege de inhoud van de sessie of het onvermogen van de hypnotherapeut om de client effectief te begeleiden. Dezelfde omstandigheden bestaan natuurlijk in elke hulprelatie waarin een persoon in nood verkeert, kwetsbaar is en op zoek is naar ondersteuning. Een onervaren of ongeschoolde therapeut kan onbedoeld (zelden, of nooit opzettelijk) slecht advies of informatie geven, grootse beloftes doen, of verkeerde diagnose stellen van een probleem of de dynamiek ervan, of helemaal niets doen en gewoon de tijd en het geld van de patient verspillen. "

(Michael D. Yapko, Ph.D. Essential of Hypnosis)